Klein, witachtig tot bleek rozebruin, gebold tot afgeplat, soms enigszins ingedeukt, fijn viltig hoedje (Ø 5-25 mm), vooral aan de rand radiair gerimpeld.
Plaatjes ver uiteen, recht aangehecht, wit tot rozeachtig. Sporen wit.
Steel dun, vlokkig, crèmekleurig tot bruin, ietwat smaller toelopend naar beneden.
Groeit op dode takken van loofhout of planten (juli - oktober). Algemeen.
Fam.: Marasmiaceae.
(Foto's: Jac Smout, Ger Bogaers)
N.v.t. |
Breedte (mm): 5-25 |
Hoogte (mm): 5-25 |