Vrij kleine paddenstoel, met platte, witte hoed (Ø 1-3 cm), soms met okerkleurig tinten, met fijnviltig oppervlak.
Lamellen vrij ver uiteen, recht aangehecht, wit, later roze. Sporen zalmroze.
Steel recht, wittig, soms wat vezelig.
Geur onopvallend.
Groeit op schrale bodem, op graslanden, gazons (augustus - september). Vrij algemeen. NRL: Kwetsbaar.
Fam.: Entolomataceae.
Niet eetbaar |
Breedte (cm): 1-3 |
Hoogte (cm): 2-6 |