Kom- tot schotelvormig, hazelnootbruin vruchtlichaam (Ø 2-5 cm), met gladde binnenzijde. Aan de buitenzijde wittig tot bleekbruin. Rand gekefd en golvend gebogen.
Meestal met kort steeltje aan het substraat gehecht.
Groeit op vochtig, rottend hout, vooral van loofbomen (mei - september). Vrij algemeen.
Fam.: Pezizaceae
(Foto: Ger Bogaers).
Niet eetbaar |
Breedte (cm): 2-5 |
Hoogte (cm): 1-3 |